Huurtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van de huur. Voorwaarden voor de huurtoeslag zijn:
Voorwaarden huurtoeslag
- De huurder moet een zelfstandige woning huren, met een eigen voordeur, een eigen douche of badkamer en een eigen wc.
- De huur mag in 2025 niet hoger zijn dan € 900,07.
- Het inkomen mag niet te hoog zijn. Wat te hoog is hangt af van de huur, de leeftijd van de huurder en de samenstelling van het huishouden. Het inkomen van een toeslagpartner of medebewoner telt helemaal mee, het inkomen van thuiswonende kinderen telt voor een deel mee.
- Het vermogen mag niet te hoog zijn. Dit is in 2025 voor een alleenstaande maximaal 37.395 en voor partners maximaal 74.790.
Wat verandert er in 2026 voor de huurtoeslag?
In 2026 kan de huur niet meer te hoog zijn om huurtoeslag te kunnen krijgen. Zo lang iemand maar aan de andere voorwaarden voor huurtoeslag voldoet. Zo mogen het inkomen en vermogen onder andere niet te hoog zijn. En iemand moet een zelfstandige woonruimte huren. Het vermogen, zoals spaargeld, mag als alleenstaande bijvoorbeeld niet hoger zijn dan € 38.479. Servicekosten tellen niet meer mee voor de huurtoeslag.
De hoogte van de huurtoeslag hangt onder andere af van het inkomen en de hoogte van de huur. Voor iedereen van 21 jaar of ouder berekenen we in 2026 huurtoeslag tot een huur van maximaal € 932,93.
- Is de huur hoger dan € 932,93? Dan kan iemand wel huurtoeslag krijgen, maar niet over het gedeelte van de huur boven de € 932,93.
- Voor jongeren tussen de 18 en 20 berekenen we de huurtoeslag tot een huur van maximaal € 498,20. Is de huur lager dan de eerdergenoemde bedragen? Dan berekenen we de huurtoeslag met de lagere huur.
In 2025 vallen jongeren van 21 en 22 jaar nog onder de lagere jongerengrens. Vanaf 1 januari niet meer.